Ga naar de inhoud

Plannen voor nieuwbouw SWS Meeroevers

De Samenwerkingsschool (SWS) Meeroevers is gelegen in Meerstad, een nieuwe wijk in de gemeente waar veel huizen worden gebouwd. De school is er al een behoorlijke tijd; sinds 2012. Ze waren daarmee de eerste school in Meerstad. De school is op dit moment gehuisvest in semipermanente huisvesting en het wordt tijd voor permanente huisvesting. In het nieuwe gebouw is straks plek voor 450 leerlingen. De verwachting is dat er door nieuwbouwwijken een tijdelijke piek in het aantal leerlingen ontstaat, waarbij er zo’n 200 leerlingen meer zijn. “Om die piek op te vangen wordt een deel van de semipermanente huisvesting behouden. En de omvang van de school zal, wanneer die piek voorbij is, weer op 450 leerlingen zitten,” vertelt Remco Bresser, projectleider gemeente Groningen. De verwachting is dat het gebouw in 2025 in gebruik kan worden genomen.

Locatie

“Ik zie ernaar uit om met de architectenselectie te beginnen en het programma van eisen dat door de school is opgesteld, vertaald te zien worden naar een ontwerp,” vertelt projectleider Bresser. “Waar we nu als eerste mee bezig zijn in de voorbereidingsfase is het verkrijgen van een locatie. Bureau Meerstad begeleidt de gebiedsontwikkeling van Meerstad in opdracht van de gemeente. Zij laten op dit moment een stedenbouwkundig plan opstellen voor de wijk Gruno – De Wierden, die kan worden ontwikkeld, nu de gemeente het terrein van het Grunopark heeft aangekocht. In dit stedenbouwkundig plan wordt ook rekening gehouden met een locatie voor de school.” De locatie kan dus worden bepaald. Zodra de locatie er is, kan er worden gestart met de architectenselectie.

Buiten bij binnen betrekken

Er komt veel kijken bij het vinden van een geschikte locatie voor de school. Er wordt bijvoorbeeld goed gekeken naar bereikbaarheid en mogelijkheden voor het halen en brengen. Maar voor deze school is ook de verbinding met het openbaar gebied belangrijk: aansluitend aan de school moet er voldoende ruimte zijn om te bewegen en te ontdekken. Directeur Harm Wolthuis vertelt daarover: “Als ik kijk binnen het traditionele onderwijs, dan wordt er voornamelijk gekeken naar de binnen oppervlakte. Maar onze kinderen moeten ook buiten de natuur in kunnen. Het is mooi dat je breed om het gebouw heen allemaal uitdagende situaties kunt creëren. We gaan dus weg van het traditioneel schoolse, maar toe naar uitdagende situaties in de directe schoolomgeving.”

Dat wordt nu ook al gedaan. “We hebben nu een groot grasveld. Als je ziet hoe de kinderen daar met de handen in de modder zitten, er soep van maken, het voelen en hoe ze daarmee hun spel vormgeven. Dat zou je veel meer willen doen,” vertelt directeur Wolthuis.

En dat kan straks. In het nieuwe ontwerp wordt buiten bij binnen betrokken. “We gaan toe naar een gebouw met relatief kleine lokalen, zodat we grote leerpleinen hebben. Maar er zijn bijvoorbeeld ook mooie dingen te bedenken waarbij je met een schuifpui werkt, zodat je de buitenruimte er ook goed bij kan betrekken. En omdat we als school ook veel met spelend leren doen, is het fijn dat je direct vanuit de klas naar buiten zou kunnen.” Zo bestelt de school nu ieder jaar een doos rupsen voor de onderbouwgroepen. De rupsen worden in een aquarium geplaatst en gevoerd met koolbladeren. In de loop der tijd zien de kinderen de rupsen ontpoppen tot vlinders. “Hoe mooi zou het zijn als dat gewoon buiten het lokaal kon, zodat ze rechtstreeks uit kunnen vliegen,” zegt directeur Wolthuis.

Geen hokjes, maar ruimte

“Kortom, we hebben als school een hele duidelijk visie op hoe we de kinderen verder willen helpen in deze maatschappij. Daar heb je geen hokjes, maar ruimte voor nodig. En dat gaan we realiseren. Het gebouw gaat straks echt passen bij het onderwijsconcept.”