Het Montessori Vaklyceum geeft les op twee locaties; aan de Van Iddekingeweg en aan de Vondellaan. Die tweede locatie, daar moet iets aan gebeuren. Op dit moment staat er náást het hoofdgebouw zo’n 1000 m2 aan tijdelijke- en semipermanente units. Al deze units worden weggehaald en er komt vervangende huisvesting voor in de plaats.
Toe aan vervanging
De semipermanente en tijdelijke lokalen staan er inmiddels al een flink aantal jaren. Langer dan waarop vooraf gerekend was. En dat maakt dat de leerkrachten en leerlingen tegen hele praktische dingen aanlopen. Rector Martin Meulema vertelt: “De lokalen zijn vrij gehorig en niet goed onderhouden. We werken al een tijd toe naar een verbouwing of vervangende huisvesting. Omdat dat er steeds aan zat te komen, is het onderhoud niet actueel. En dan merk je dat dingen zoals isolatie niet meer werken zoals het zou moeten.”
Twee locaties, één school
De vervangende huisvesting biedt volgens de rector ook een mooie kans: “onze verschillende locaties werken allemaal volgens dezelfde visie. En dat zouden we ook graag willen uitstralen. Dat we een locatie aan de Vondellaan en aan de Van Iddekingeweg hebben maakt het al wat lastig, maar de huidige units dragen ook zeker niet bij aan het gevoel van één school. We kijken er daarom erg naar uit dat we de locaties straks beter op elkaar kunnen laten aansluiten.”
“Een kwalitatief en toekomstbestendig onderwijsgebouw is belangrijk,” vertelt projectleider Hittjo Braam. Het hoofdgebouw blijft staan en het is voor de school natuurlijk belangrijk dat de vervangende huisvesting straks logisch aansluit op het bestaande hoofdgebouw. “De aansluiting van de bestaande- en vervangende bouwdelen is complex en een uitdaging. We zoeken daarbij constant naar de best mogelijke manier om dat in te vullen. Dat doen we samen met de school, het schoolbestuur en de gemeente.”
Ruimte voor Montessorionderwijs
De gemeente en de school kijken samen naar de mogelijkheden om het Montessorionderwijs de ruimte te bieden. “Om ons Montessorionderwijs goed te kunnen geven, hebben we wat grotere lokalen nodig,” vertelt rector Martin Meulema. “Onze leerlingen lopen meer en werken veel samen. De ruimte om ze heen moet dus ook wat groter zijn.”